Komend weekeind gaan honderden mensen weer vogels tellen. Voor de Nationale Tuinvogeltelling kunnen mensen zich nog aanmelden, want hoe meer mensen meedoen, des te duidelijker is het hoe het gaat met de vogels in Nederland en in onze stad.
"Tuinvogels tellen is niet alleen leuk, maar ook nuttig", zegt stadsecoloog Martin van den Hoorn van de gemeente Den Haag. "Door vogels te tellen, komen we meer te weten hoe het gaat met de tuinvogels in ons land. En als er veel mensen in Den Haag meedoen krijgen we ook een beter beeld van het wel en wee van de tuinvogels in onze stad.”
Vorig jaar werd in Nederland de huismus het meest geteld, gevolgd door de koolmees. In Den Haag deed de huismus het juist helemaal niet zo goed en eindigde hier op de tiende plek. In onze stad werd de koolmees het meest gezien.
Tekst gaat door onder foto.
Handige tellijst
Mensen die mee willen tellen kunnen een handige tellijst downloaden en printen met daarop 25 tuinvogels. Het is de bedoeling dat je op 28, 29 of 30 januari één keer een half uur vogels telt. ’s Morgens vroeg zijn die het meest actief en valt er dus het meest te tellen. De gegevens van de telling moeten daarna worden doorgegeven via mijntuinvogeltelling.nl. Dat kan tot uiterlijk maandagochtend 31 januari 12.00 uur.